Een
bluesavond organiseren voor de plaatselijke basketballclub. Het gebeurde
in Lommel voor de tweede maal na de eerste passage met ondermeer Peter
Van Sant, het vroegere boegbeeld van de Leuvense Boxcars. Dat was een
succes, zodat de basketminnende initiatiefnemers, onder impuls van
muzikant Koen Brans, opnieuw de blueskaart trokken. Dit leuke initiatief
kunnen we alleen maar aanmoedigen.
Bottle Nose, de plaatselijke band, mocht andermaal de festiviteiten
openen en al snel bleek hun populariteit. De jongens spelen nogal wat
bluesstandards maar geven die een speciaal cachet mee. Goede voorbeelden
zijn de Muddy Waters-klassieker ‘Forty Days & Forty Nights’ en ‘Rock Me
Baby’ waarin de muzikanten mekaar het vuur aan de schenen leggen. Het
slotnummer ‘Bassman Mama’ klinkt lekker funky met een op gitaar
uitfreakende gitarist Ruben. We houden wel van het speelse element en de
afwisseling van hun set. Het is een mix van lekker ruige rockerige
blues, maar het bijwijlen subtiele spel van - vooral - harmonicaspeler
Koen raakt ook de gevoelige snaar. Het aantal optredens van de voorbije
maanden bewijst dat Bottle Nose in de lift zit.
Daarna
was het de beurt aan Cora Lee & No Trouble Bluesband en daar keken we,
gezien al het goeds wat we over hen hadden gehoord, benieuwd naar uit.
Men vergelijkt de Belgische bluesdiva Cora Lee soms wel eens met Etta
James en Koko Taylor. Het dient gezegd dat deze vijfkoppige band een
volwassen indruk liet, al was hun start niet echt overtuigend. De toch
wel mooie stem van de zangeres kwam niet goed tot uiting. Vooral in het
prachtige openingsnummer ‘Cora Lee’s Blues’ verdronk ze zowaar.
Gaandeweg kreeg de klankman het geluid beter afgestemd, op tijd voor
gesmaakte versies van ‘Come Together’ (Lennon/Mc Cartney) en vooral
‘Move Over’ (Janis Joplin). Ook het prachtige licht jazzy klinkende
‘Stormy Monday’ is en blijft een nummer om duimen en vingers van af te
likken. Hierin was een hoofdrol weggelegd voor de uitstekende gitarist
Alain Counye. Naast de covers schrijven Cora en haar partner, bassist
Roland Burssens, ook eigen nummers (o.a. 'Pretty Boy en de prachtige
slowblues 'My Man'). Dit onderstreept hun maturiteit, maar ook dat
harpspeler Eric Nobels perfect de meubels redde, toen gitarist Alain in
extremis een snaarbreuk kreeg…
Uiteraard
hebben ook onze vrienden van King Mo ervaring zat. Het was even wachten
op de Nederlandse Limburgers (afkomstig uit de streek rond Maastricht).
De aangesloten Hammond C3 gaf geen kik. Colly Fransen baalde dus even en
haalde dan maar zijn minisynthesizer tevoorschijn. Dit kleine euvel kon
de pret niet drukken. King Mo speelde een erg degelijke en gevarieerde
set. Zanger Phil Bee, gewezen frontman van The Buzztones, is in de lage
landen zowat een bluesicoon. Maar sinds kort is er ook een topgitarist:
Sjors Nederlof, een 25-jarige gitaardocent die zijn strepen al verdiende
bij Coup De Grace en vooral The Strikes. King Mo heeft het gewoon en hun
tweede cd ‘Sweet Devil’ bewijst dit. Hier begon de set met drie nummers
uit ‘Sweet Devil. Het stevige ‘No Use Denying’ was een leuk
openingsnummer en liet veel goeds verhopen. Dat kwam er ook. In het
schitterende 'Suites Me Right' (een nummer van bassist Juul Van Bussel)
toonde Phil Bee zijn vocale kunnen. Met het meeslepende ‘Make It Right’
kwam de gedupeerde organist voor de pinnen. Maar een hoofdrol was weg
gelegd voor de jonge linkshandige gitarist. Zijn vingers vibreerden op
de witte Stratocaster alsof het niets was en hij liet dan ook in Lommel
een onuitwisbare indruk. Eén van de hoogtepunten was ongewijfeld ‘Little
Wing’, waar de gitaarvirtuoos in deze Hendrixklassieker alle remmen
losgooide. Klasse! Het publiek kreeg er niet genoeg van, maar met
bisnummer ‘Down The Line’ kwam een einde aan deze leuke bluesavond.
Jammer, want wat ons betreft hadden ze nog even mogen doorgaan. De
organisatoren van Blues4basket bezorgden de bluesliefhebbers een leuke
afwisselende avond. Ongetwijfeld volgt er een derde editie. Voor ons mag
het zeker.